Dagelijks gebeuren er in het verkeer zogeheten kop-staart botsingen, terwijl deze redelijk eenvoudig zijn te voorkomen, als je weet waar je op moet letten. Het toepassen van een volgafstand op je voorganger van minimaal 2 seconden tijdens gunstige omstandigheden, zal er voor zorgen dat je voldoende tijd hebt om te reageren, wanneer er vertraagd of geremd moet worden. Graag nemen we je mee in wat theorie.
In het theorie- en RIS boek van Verjo wordt uitgelegd, dat je een referentiepunt zoals een boom, lantaarnpaal of bermpaaltje kunt nemen waar je voorligger is gepasseerd, om vervolgens rustig te tellen met 21….22. Passeer je dit referentiepunt binnen deze twee seconden, dan is je volgafstand te klein en zul je je afstand moeten vergroten.
Bij slechte weersomstandigheden of bijv. een slecht wegdek is het verstandig om de volgafstand tot minimaal 3 à 4 seconden te vergroten. Denk in het najaar en in de winter aan de laagstaande zon die verblindend kan werken! Het is daarom altijd handig om in de auto een zonnebril bij de hand te hebben.
Wanneer je achter een vrachtauto of bus rijdt, dan zul je aanzienlijk meer volgafstand moeten nemen, in de regel minimaal 5 à 6 seconden, afhankelijk van de weersomstandigheden en het wegdek.
Meten = weten
De stopafstand is de reactie-afstand en remafstand bij elkaar opgeteld. De reactietijd die nodig is om te reageren, bedraagt in de regel ongeveer één seconde. Bij een snelheid van 50 km p/u leg je dan al bijna 14 meter af!
De remafstand, is de afstand die nodig is om tot stilstand te komen. Bij een snelheid van eveneens 50 km p/u bedraagt deze ongeveer 13 meter. Dit betekent dat, wanneer je de veilige minimale 2 seconden volgafstand gaat toepassen, je afstand op je voorligger minimaal 28 meter zal moeten zijn.
Een vuistregel om een eenvoudige berekening te maken m.b.t .de 2 seconden volgafstand, is om de snelheid te delen door twee en de uitkomst hiervan te verhogen met 10%. Concreet laat dit de volgende rekensom zien: 50 km per uur: 2 = 25 + 2,5 = 27,5 meter volgafstand, gemakshalve afgerond, 28 meter.
Wanneer we straks het najaar ingaan, zal mist ook een grote rol gaan spelen in het verkeer en is voldoende afstand houden cruciaal om veilig aan het verkeer deel te nemen. Bij mist is het verstandig om de snelheid te halveren en de afstand te verdubbelen. Goed om te weten!
Ruimtekussen
Deze term is minder bekend, maar het ruimtekussen in het verkeer wil zeggen, dat je altijd zorgt voor voldoende veilige ruimte voor, achter en naast je.
Het stelt je in de gelegenheid om tijdig fouten van anderen of jezelf in het verkeer op te vangen en te corrigeren, zonder dat er risico of gevaar voor andere verkeersdeelnemers dreigt.
Geef ook ruimte in bijv. een file aan motorrijders die tussen de file door willen passeren en aan hulpvoertuigen. Blijf wel goed in je spiegels kijken!
Wanneer je fietsers nadert in een smalle straat, dan is het verstandig om deze de ruimte te geven, zodat de kans op slingeren of schrikken van de fietsers minimaal is. Nader je een voetgangersoversteekplaats, zorg er dan voor, dat je vijf meter voor deze oversteekplaats rustig tot stilstand komt, zodat de voetganger veilig en ongehinderd kan oversteken. Het naderen met een hoge snelheid zal namelijk voor een schrikreactie kunnen zorgen, met alle gevolgen van dien.
Dus bedenk: de combinatie van het aanhouden van een minimale volgafstand en altijd voldoende ruimte zoeken en houden in het verkeer, zorgt er voor, dat je vlot en veilig aan het verkeer kunt deelnemen!